Grammatica zinsontleding

Je hebt 15 van de 15 vragen goed beantwoord.
Your score was: 100 %

<p><strong>Bekijk hieronder je niveau:</strong></p>

<table border="0" style="width:100%">
<tbody>
<tr>
<td>14 of 15 goede antwoorden</td>
<td><strong>hbo, wo (C1)<br />
Taalniveau 4F </strong></td>
</tr>
<tr>
<td>12 of 13 goede antwoorden</td>
<td><strong>bovenbouw havo/vwo en mbo niveau 4 (B2)</strong><br />
<strong>Taalniveau 3F</strong></td>
</tr>
<tr>
<td>10 of 11 goede antwoorden</td>
<td><strong>onder-/middenbouw havo/vwo, bovenbouw vmbo, mbo niveau 3 (B1)</strong><br />
<strong>Taalniveau 2F</strong><strong> </strong></td>
</tr>
<tr>
<td>8 of 9 goede antwoorden</td>
<td><strong>vmbo 1e en 2e jaar (A2)</strong><br />
<strong>Taalniveau 1F/2F</strong></td>
</tr>
<tr>
<td>7 of minder goede antwoorden</td>
<td><strong>onvoldoende</strong><br />
<strong>Taalniveau 1F</strong></td>
</tr>
</tbody>
</table>

<p><em>De uitslag van deze test geeft je een indicatie van het niveau waarop je dit onderdeel van de Nederlandse taal beheerst.</em></p>

<p>&nbsp;</p>

Antwoorden

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

1. Weet u al wanneer hij zijn nieuwe voorstel komt presenteren?

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

2. Weet u al wanneer hij zijn nieuwe voorstel komt presenteren?

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

3. Weet u al wanneer hij zijn nieuwe voorstel komt presenteren?

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

4. De Britse premier sprak in Brussel zijn veto uit.

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

bijwoordelijke bepaling

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

bijwoordelijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

5. De Britse premier sprak in Brussel zijn veto uit.

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

bijwoordelijke bepaling

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

bijwoordelijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

6. 'Het is niet in ons belang tegen te stemmen', zei onze minister-president na de top.

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

7. 'Het is niet in ons belang tegen te stemmen', zei onze minister-president na de top.

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

8. “Kunt u ons uitleggen hoe dat nu precies zit?”, vroeg een student aan zijn docent.

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

Jouw antwoord:

persoonsvorm

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

9. Wie dit bedacht heeft, moet wel creatief zijn.

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

meewerkend voorwerp

bijvoeglijke bepaling

Jouw antwoord:

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

meewerkend voorwerp

bijvoeglijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

10. Wie dit bedacht heeft, moet wel creatief zijn.

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

meewerkend voorwerp

bijvoeglijke bepaling

Jouw antwoord:

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

meewerkend voorwerp

bijvoeglijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

11. Wie dit bedacht heeft, moet wel creatief zijn.

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

bijvoeglijke bepaling

Jouw antwoord:

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

bijvoeglijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

12. Het voorstel van de directeur werd met gejuich ontvangen.

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

bijvoeglijke bepaling

Jouw antwoord:

onderwerp

lijdend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

bijvoeglijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

13. Het voorstel van de directeur werd met gejuich ontvangen.

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

bijvoeglijke bepaling

bijwoordelijke bepaling

Jouw antwoord:

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

bijvoeglijke bepaling

bijwoordelijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

14. Weet jij of dat nieuwe kopieerapparaat al aangesloten is.

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

Jouw antwoord:

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

Score 1 of 1

Vraag:

Multiple choice question

15. Ga jij hem dat rapport over brandpreventie nog sturen?

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

Jouw antwoord:

onderwerp

lijdend voorwerp

meewerkend voorwerp

naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling